Categorieën
Uit de streek

potepetazzie

Wat betekent potepetazzie en waar komt het vandaan?

Vorige week zocht het radioprogramma Goeiemorgen Morgen! op de Belgische Radio 2 naar een leuk Limburgs dialectwoord waarvan de Limburgse en andere luisteraars mochten raden wat het betekende. De redactie koos voor potepetazzie, maar wat betekent het en waar wordt het gebruikt?

Foto: Scott 97006CC BY 2.0

Potenpotage

Potepetazzie kun je het best vernederlandsen als potenpotage, een samenstelling van twee eenvoudige substantieven: poot en potage. Poot is in een groot deel van Belgisch-Limburg en Vlaams-Brabant de naam voor de oranje wortel die vaak wordt gegeten. Potage herken je wellicht als het Franse woord voor soep. Denk daarbij niet aan een waterachtige substantie met wat wortelschijfjes of -blokjes erin. Het gaat hier over een stevigere brij van gemengde groenten, in dit geval ten minste wortelen en aardappelen. Potepetazzie is dus wortelpuree of wortelstamppot. Potage – de uitspraakvarianten variëren nogal: petazzie, pataaie, petaazje etc. wordt dus gebruikt om dooreengemengde groenten te benoemen zoals een hutspot, maar het betekent ook wel eens ‘rommel, chaos’ of  ‘onaangenaam karwei’.  Het Middelnederlandse potage sloeg meestal op een gerecht met groenten of meel dat in een pot bereid werd. Het is afgeleid van pot en betekende eigenlijk ‘poteten’. Andere Limburgse woorden die hiervoor gebruikt worden zijn moren- of moerenmoes, moerenpotage, moerenrats, potenmoes of potenstomp en het gewonere wortelstamp of wortelmoes.

Pokes en ettekes

Poot als naam voor de eetbare wortel of peen is vrij algemeen in Belgisch-Limburg en in het oostelijke deel van Vlaams-Brabant. Het woord heeft dezelfde herkomst als het werkwoord poten ‘in de grond steken, enten’. Een poot is dus eigenlijk een stek. De betekenis is geëvolueerd naar een stek die kon gegeten worden, namelijk de oranje wortel die we vaak samen met erwtjes op ons bord krijgen. Als je dus ergens pokes en ettekes op de menukaart ziet staan, dan weet je wat te kiezen.

Van kroten tot koten

Aan de grens met Nederlands-Limburg hoor je in het zuiden en het midden vaker wortel en in het noorden moor. Maar ook elders hoor je interessante woorden voor deze groente. In de provincie Antwerpen is vooral pee bekend en in West-Vlaanderen eet je kroten of karoten. Ze leenden het woord van het Franse buren: carottes. Wortels worden in die provincie ook workels. In andere provincies kan de r wegvallen en de vocaal wordt wel eens als e of eu uitgesproken: wettel, weutel, wurtel, enz.  In de provincie Antwerpen, in Zeeland en in een deel van Noord-Brabant heet de groente pee of peen. Peen was eigenlijk de meervoudsvorm van pee, maar werd net zoals dat bij schoen en teen gebeurde de nieuwe enkelvoudsvorm. De oude enkelvoudsvorm bleef echter nog bewaard in de dialecten. Een klein gebiedje in het noordoosten van Belgisch-Limburg noemt de groente koot. Al deze namen kunnen gebruikt worden in samenstellingen met moes, rats, stomp, puree of potage zoals te zien is op de kaart van wortelstamppot. Tegenwoordig eet je misschien liever worteltaart of -vlaai. Ook hierin bleven hier en daar de oude dialectwoorden bewaard. Je eet in een hippe koffiebar misschien wel potenvlaai. Eet smakelijk!


Meer lezen